26 augustus 2012

2.2 Ondeugd in de Stationsrestauratie


Oostwaards met Vos en Kraaij: afl. 2. Waarin louche taferelen uit de stationsrestauratie te Arnheim. Deze aflevering bevat wat in goed nederlands adult content heet. 18 + dus. Kinders, laat je ouders het volgende verhaal niet niet onder ogen komen! Het kan ze op verkeerde ideeën brengen!


Lezers, gegroet! In de voorgaande aflevering zagen we onze antagonisten naar het oosten vertrekken om een nieuw leven te beginnen. De eerste stap was per bus naar het station te Arnheim om vandaar met de nachtgoederentrein verder te reizen. In de bus ontdekt een vriendelijke dame dat de als hond vermomde Heer Vos niet over een halsband en penning beschikt. Zij besluit Heer Vos mee te nemen naar het Opvang Centrum voor Dakloze Honden....... 

Fig. 1. Vos in de bus met de Vriendelijke Dame terwijl Sjaak een oogje in het zeil houdt.

Heer Vos blikte door het raam van de bus en zag tot zijn opluchting dat het openbare vervoermiddel inmiddels Arnheim binnen gereden was. 
      “Nog twee haltes, mijn hondje,” sprak de vriendelijke dame, “en dan zijn we er. Vandaar is het maar een minuutje lopen naar mijn huis. Je zal het daar reuze leuk vinden. Daar is nog een hond, een echte duitse herder. Een grote goede waakhond. Nee, je hoeft nergens bang voor te zijn.”
    Op dat moment werd er op het raam getikt. Heer Vos zag het hoofd van Kraaij die ondersteboven met zijn snavel tegen het raam tikte.  Vos seinde met zijn poot dat hij naar buiten zou stappen. En inderdaad, bij de volgende halte glipte hij razend snel na de laatste uitstappende passagier naar buiten. Zowel de busconducteur als de vriendelijke dame hadden het nakijken.
      “Zielig toch,” zuchtte de dame, “Altijd maar op de vlucht moeten zijn, omdat je geen hondenpenning hebt......Tja, dan heeft mijn Bello het wel een stuk makkelijker!”
      “Mevrouw,” deed de conducteur zich melden, “dat mag dan wel zo wezen maar ondertussen betalen die clandestiene honden mooi geen belasting. Uiteindelijk hangen ze hier rond op onze kosten. En stelen doen zij ook nog.”
      “Geen wonder,” antwoordde de dame, “zonder hondenpenning kunnen ze nergens aan de bak komen. En als ze dan het geluk hebben om in een Opvang Centrum voor Daklozen terecht te komen, dan is het ook maar voor twee weken. Ik hoef u niet te vertellen wat er daarna met ze gebeurt, wel?" 

Op weg naar het station deed Vos verhaal van zijn wedervaren in de bus. “Het is toch wel een voorrecht om gevleugeld te zijn,” verklaarde Kraaij, “niks geen penningen en halsbanden om je nek.”
      “Ik heb honger gekregen, van al die besognes” merkte Vos op, terwijl het stationsgebouw in het zicht kwam. “Laten we eens kijken wat de stationsrestauratie te bieden heeft. En het is toch te vroeg voor de nachttrein.”
      De stationsrestauratie was een wat groezelig lokaal waar zwervers en dronkaards zich vaak ophielden. De restaurateur had, om reizigers en niet-reizigers te onderhouden, een grootbeeld televisie in de ruimte geplaatst; keurig in een metalen raamwerk ter voorkoming van diefstal. Heer Vos had moeite om de aandacht van de ober te trekken want ook deze was geheel en al verdiept in wat het scherm te bieden had. 
     “Ober!” kefte Heer Vos op luide toon, “Twee maal kippensoep met drum sticks en patat!”
      De ober, ene Joep de Beer, keep Vos verstoord aan. “Vriend,” voegde Joep Heer Vos toe, “in deze ruimte wordt niet geschreeuwd. Hier houden we het beschaafd.” En slofte naar de micro-wave om de gevraagde etenswaren op te warmen.
      Nu pas konden Heer Vos en Kraaij zich neerzetten om, met het opgewarme voedsel voor zich, te samen met de andere bezoekers naar Het Scherm te kijken. Tot hun niet geringe verbazing zagen ze een half blote dame vanuit het scherm lonken die zei: “Paps, wil je ook eens ondeugend zijn? Maak dan een afspraak met een dame die daar ook zin in heeft! Daar zijn er velen van, ook bij u in de buurt. NetSex is u gaarne van dienst met de volgende telefoonnummers. Ook speciale diensten voor gehandicapten en bejaarden! Bel NetSex voor nette sex. U zult er geen spijt van hebben!” besloot de half blote dame de buisreclame.
      “Zo te horen hebben ze niets voor dieren,” sprak Kraaij teleurgesteld.
      “Dat komt nog wel,” stelde Vos Kraaij gerust.
      “Wil jij niet eens ondeugend zijn, Vos?” vroeg Kraaij.
      “Ik ben altijd al ondeugend, dus wat is het verschil?” gaf Vos te kennen. “Trouwens, ik ken die hele dame niet. Waarom denk je dat zij van boven geen kleren aan heeft?”
      “Misschien is zij ondeugend aan het doen,” opperde Kraaij. “Zij lijkt wel wat op de vrouw van Boer Met Jansen.”
      “Nu zal je het hebben,” riep Vos getroffen uit. “Denk je dat Met (van Methusalem; de voornaam van Boer Jansen) weet dat zijn ega op de teevee half naakt naar mannen zit te lonken? Heerlijk soepje trouwens, en die drumsticks mogen er ook zijn. Kraaij, neem jij mijn patat maar, ik houd het liever bij kip.”
      Een aangeschoten zwerver was geraakt door de verleidelijke reclame en begon luidkeels te zingen: “Ik wil zo graag ondeugend zijn, maar ik heb jouw nummer niet.”
      Joep de Beer greep attent in. “Bek dicht, dakloze, anders flikker ik je de tent uit. Dit is een beschaafde stationsrestauratie zonder kapsones. Begrepen?”
      Heer Vos en Sjaak maakte van de gelegenheid gebruik om er stilletjes tussen uit te knijpen. “Die botjes kunnen ook wel mee, Kraaij,” raadde heer Vos aan, “je weet nooit hoe lang het duurt voordat we weer een goede maaltijd kunnen genieten. Laat de rekening maar op tafel liggen. Misschien dat iemand anders daar nog iets aan heeft. En nu op weg naar de trein!”

Wordt vervolgd....


© Zamfactor Ltd. 2013. Alle rechten voorbehouden.

Geen opmerkingen: